- Nu zijt wellekome Jesu, lieve Heer,
- Gij komt van alzo hoge, van alzo veer.
- Nu zijt wellekome van de hoge hemel neer.
- Hier al in dit aardrijk zijt Gij gezien nooit meer.
- Kyrieleis.
- Christe Kyrieleison, laat ons zingen blij,
- Daarmeed’ ook onze leisen beginnen vrij.
- Jezus is geboren op de heilige kerstnacht,
- Van een Maged reine, die hoog moet zijn geacht.
- Kyrieleis.
- D’herders op den velde hoorden een nieuw lied,
- dat Jezus was geboren, zij wisten ‘t niet.
- « Gaat aan geender straten en gij zult Hem vinden klaar;
- Bethl’em is de stede, waar ‘t is geschied voorwaar. »
- Kyrieleis.
- D’heilige drie Koon’gen uit zo verre land,
- zij zochten onze Here met offerhand.
- Z’offerden ootmoedelijk myr’, wierook ende goud
- t’ere van den Kinde, dat alle ding behoudt.
- Kyrieleis.
|
- Nu zijt wellekome Jesu, lieve Heer,
- Gij komt van alzo hoge, van alzo veer.
- Nu zijt wellekome van de hoge hemel neer.
- Hier al op dit aardrijk zijt Gij gezien nooit meer.
- Kyriëleis.
- (dit couplet ontbreekt)
- .
- .
- .
- .
- Herders op den velde hoorden een nieuw lied,
- dat Jezus was geboren, zij wisten ‘t niet.
- « Gaat aan gene straten en gij zult Hem vinden klaar;
- Bethl’em is de stede, daar is ‘t geschied voorwaar. »
- Kyriëleis.
- Wijzen uit het Oosten, uit zo verren land,
- zij zochten onzen Here met offerand.
- Z’ offerden ootmoediglijk mirr’, wierook ende goud
- t’ ere van dat kinde, dat alle ding behoudt.
- Kyriëleis.
|